Hoe komen we tot een continuüm van zorg dat past bij onze visie op zorg?

Dashboard / Zorgcontinuüm / Basic - Hoe komen we tot een continuüm van zorg dat past bij onze visie op zorg?

In het vormgeven van de brede basiszorg, de verhoogde zorg en de uitbreiding van zorg heeft de school heel wat autonomie om die zo uit te bouwen dat ze aansluit bij wat de leerlingen nodig hebben. De school past de uitgangspunten van handelingsgericht werken daarbij toe op een manier die aansluit bij de eigen schoolcontext.

 

  1. In de brede basiszorg bepaalt elke leerkracht zelf op welke manier hij of zij differentieert. Er is heel wat vrijheid om de doelstellingen, inhouden, groeperingsvormen, werkvormen en evaluatiewijzen op een eigen manier af te stemmen op de mogelijkheden van de leerlingen.

 

  1. In de verhoogde zorg kunnen leerkrachten besluiten om bepaalde eindtermen of leerplandoelen uit het gemeenschappelijk curriculum te laten vallen voor een kind, maar dat doen ze altijd in overleg, nooit op eigen houtje. Met gemeenschappelijk curriculum bedoelt het M-decreet (2014) “de goedgekeurde leerplannen die ten minste herkenbaar de doelen bevatten die noodzakelijk zijn om de eindtermen te bereiken of de ontwikkelingsdoelen na te streven, naast de leergebiedoverschrijdende eindtermen en ontwikkelingsdoelen”. Leerkrachten kunnen eindtermen of ontwikkelingsdoelen dus dispenseren in overleg met de klassenraad, of in het basisonderwijs in overleg met de zorgcoördinator of het zorgteam. Wanneer de school inschat dat het gemeenschappelijk curriculum onder druk komt te staan, moet ze de ouders en het CLB betrekken om samen na te denken over redelijke aanpassingen, in de hoop dat het gemeenschappelijk curriculum daardoor weer haalbaar wordt.

 

  1. Als de verhoogde zorg niet volstaat, moet de school uitbreiding van zorg voorzien en bekijken wie er eventueel extra ondersteuning kan bieden van buitenaf. Bijvoorbeeld kan het CLB via een gemotiveerd verslag eventueel ondersteuning mogelijk maken vanuit een ondersteuningsnetwerk. Het CLB kan ook verwijzen naar een therapeut of een voorziening uit de gezondheids- of welzijnssector. Wanneer ook die extra hulp niet volstaat, overlegt de school met de ouders en het CLB om te bekijken of ze het gemeenschappelijk curriculum eventueel kan loslaten en een individueel aangepast curriculum met redelijke aanpassingen voorzien. Als de school kan aantonen en motiveren dat de gevraagde aanpassingen onredelijk of onvoldoende zijn, gaat ze in overleg met de ouders en het CLB om te zoeken naar alternatieven en haalbare oplossingen, bijvoorbeeld in een andere school.

De onderwijskoepels reiken heel wat methodieken en materialen aan om je continuüm van zorg kwaliteitsvol uit te bouwen. De volgende bronnen vormen alvast een zinvolle vindplaats.

  • ‘Vademecum zorgbreed en kansenrijk onderwijs: bouwen aan een school voor iedereen’ van Katholiek Onderwijs Vlaanderen, klik hier.
  • ‘M-decreet Survivalguide’ van het Gemeenschapsonderwijs (GO!), klik hier.
  • ‘Een mond vol zorg’ van het Onderwijs voor Steden en Gemeenten (OVSG), klik hier. 

Tal van boeken en andere hulpbronnen kunnen je ook inspireren om je continuüm te versterken met het oog op bepaalde specifieke noden, bijvoorbeeld op vlak van gedrag (o.a. van Overveld, 2016).

 

In een podcast met pedagogisch begeleiders competentieontwikkeling Kris Loobuyck en Annick De Meyer van Katholiek Onderwijs Vlaanderen hoor je hoe de M-cirkel je kan helpen om doelgericht onderwijs- en ondersteuningsbehoeften in kaart te brengen en samen tot passende maatregelen voor leerlingen te komen. Dit werkinstrument kan je los van labels of diagnoses benutten. Het biedt en denkkader voor handelingsgericht overleg met diverse partners. Pedagogische begeleiders van Katholiek Onderwijs Vlaanderen ontwikkelden het vanuit hun ervaringen in diverse scholen. Je vindt de cirkel in het ‘Vademecum zorgbreed en kansenrijk onderwijs’ en een variant ervan ook op Klasse.