Breed evalueren streeft ernaar een zo breed mogelijk beeld te krijgen van de leerling en diens leerproces.
Het doel is om het leerproces van de leerling maximaal te ondersteunen en te stimuleren.
Dit doe je door te evalueren vanuit:
- Verschillende invalshoeken (je betrekt verschillende actoren en evalueert verschillende aspecten van kennis of vaardigheid),
- Op verschillende manieren en
- In verschillende (authentieke) contexten.
Door breed te evalueren, neem je de heterogeniteit van de klas mee, je past aan aan de eigenheid van de leerling, maar legt de lat voor iedereen hoog. Bovendien betrek je de leerlingen in de evaluatie, zowel voor (de evaluatie ontwerpen), tijdens (de evaluatie afnemen) als na (scoring, reflectie en feedback) de evaluatie. Op die manier geef je de leerlingen verantwoordelijkheid en eigenaarschap over hun leerproces. Hierdoor wordt leren zinvol, betekenisvol en motiverend (De Backer, et al., 2013; Heylen, 2010; Seghers & Van Avermaet, 2014; Gallin, 2015; Onderwijsinspectie, 2015; Vandeputte, 2014). Evalueren is geen eindpunt van een leerproces, het maakt er inherent deel van uit.
Breed evalueren daagt jou uit om doordachte en bewuste keuzes te maken over waarom, wat, hoe, wanneer, e.d. je evalueert. Breed evalueren betekent niet dat de klassieke toets de vuilbak in gaat, je gaat er gewoon bewust mee om en vult aan met alternatieve evaluatievormen (De Backer & Royackers, 2018). Een mooi voorbeeld vinden we in basisschool de Sterrebloem in Meigem, zij stapten af van het klassieke puntensysteem, maar maken wel gebruik van gestandaardiseerde CITO-toetsen. Breed evalueren betekent ook niet dat we de lat lager leggen of dat evalueren niet aan bepaalde kwaliteitseisen moet voldoen.
Dit filmpje gemaakt door Schoolmakers geeft een overzichtelijke introductie op breed evalueren