Krikt de motivatie op
Breed evalueren kan de motivatie van jouw leerlingen een boost geven. Dit omdat het zowel de autonomie, het gevoel van competentie en de betrokkenheid en relaties (de drie basisbehoeften uit de Zelfdeterminatietheorie) van de leerlingen versterkt. Door de leerlingen te betrekken bij hun eigen evaluatie, krijgen ze inzicht en controle over hun eigen leerproces (autonomie). In breed evalueren gaan we op zoek naar wat de leerlingen wél kunnen, de evaluatie geeft hen succeservaringen (Heylen, 2014). Je legt meer nadruk op het proces dan op het resultaat, waardoor je inspanning beloont (competentie). Breed evalueren ondersteunt ook de relaties in het leerproces. Evaluatie heeft namelijk pas zin als ze leidt tot betere afstemming, gerichte feedback, aangepaste begeleiding, meer zelfkennis en betere communicatie (Heylen, 2010).
Gericht op groei
Breed evalueren verandert de mindset die leerlingen over zichzelf hebben. Het kan hen helpen een groeigerichte mindset te ontwikkelen dankzij de succeservaringen en de reflecties die ze (samen met de leerkracht en/of medeleerlingen) maken op de evaluaties (Heylen, 2014). Deze reflecties prikkelen de leerlingen om hun grenzen te verleggen. Wanneer een (klassieke) evaluatie te snel bevestigt wat een leerling niet kan, kan dit leiden tot een fixed mindset (Heylen, 2010).
Eigenaarschap
Doordat breed evalueren de leerling betrekt bij het evaluatieproces, krijgt hij/zij inzicht in het eigen leerproces. De leerling ontwikkelt eigenaarschap over het eigen leerproces. De leerling is bewuster bezig met de kwaliteit van zijn werk en krijgt hier ook erkenning voor (Vandeputte, 2014). Dit motiveert hen, maar het is ook een oefening in zelfstandigheid en zelfsturing. Zichzelf kunnen evalueren en zelf het leerproces kunnen bijsturen, zijn onder andere belangrijke vaardigheden in levenslang en levensbreed leren.
Talenten tonen
Breed evalueren verhoogt de slaagkansen voor jouw leerlingen (Vandeputte & Mattheeuws, N.N.). Soms heeft een leerling het moeilijk om zijn talenten en competenties te kunnen tonen in een traditionele toets. Dit kan bijvoorbeeld door faalangst of concentratiemoeilijkheden. Voor sommige, minder taalvaardige, leerlingen zit ook de toetstaal in de weg. We denken dan automatisch aan meertalige leerlingen, maar ingewikkelde zinsbouw of typische schooltaal kunnen een toets voor veel leerlingen extra zwaar maken. Door breed te evalueren, en dus niet enkel met de klassieke schriftelijke toets te werken, krijgen alle leerlingen de kans om hun kennis en vaardigheden te tonen. Op die manier heeft sociale ongelijkheid minder impact op de prestaties van leerlingen en werken we aan gelijke onderwijskansen (Vandeputte & Mattheeuws, N.N.).
Dit filmpje geeft je een idee van hoe het voelt wanneer je thuistaal ‘in de weg zit’ bij een belangrijke test. We zien een leerling die thuis Spaans spreekt. Hij studeert heel hard voor de toetsenweek en hoewel hij de leerstof onder de knie heeft, kan hij dat niet tonen omdat hij de vragen (opgesteld in het Engels) niet kan lezen.
Onderwijs op maat
Doordat breed evalueren een breed zicht geeft op de talenten, competenties en leer- en ondersteuningsnoden van de leerling, kan de leerling meer onderwijs op maat krijgen. Te makkelijke of te moeilijke leerstof zijn demotiverend voor een leerling, maar ze kunnen ook tot moeilijk hanteerbaar gedrag leiden. Wanneer je te makkelijke of te moeilijke leerstof test krijg je bovendien zeer voorspelbare en weinig waardevolle resultaten die niets zeggen over het leerproces van de lerende (Bamelis & Desmet, 2007).